onze brief (30 november 2017) betreffende ‘Beantwoording VSO Tussenevaluatie Friese taal en cultuur’. In die brief uit DINGtiid haar zorgen over het ontbreken van sturing op het dossier Fries. Minister Ollongren schrijft vervolgens ook hoe ze haar eigen verantwoordelijkheid betreffende het Fries ziet:

“Ik ga ervan uit dat de betrokken decentrale overheden onder regie van de Taalschipper volgende stappen zetten in de uitvoering van de Wet gebruik Friese taal. Ik nodig DINGtiid uit om de betrokken bestuursorganen te ondersteunen bij het opstellen van regels en beleidsplannen als bedoeld in de artikelen 5 en 6 van de Wet gebruik Friese taal. Ik denk daarbij aan praktische en gerichte adviezen aan gemeenten die soms met beperkte capaciteit hun wettelijke taak moeten uitvoeren.

De invulling van de rol van Taalschipper volg ik met belangstelling. Deze is ook onderwerp van mijn overleg met de provincie Fryslân. Ik ben voornemens om in 2019 een evaluatie te laten uitvoeren. Aan DINGtiid vraag ik om te zijner tijd mee te denken over eventuele verbeterpunten voor de Taalschipper en voor de samenwerking met en de ondersteuning van de decentrale bestuursorganen. Met de aanwijzing van Taalschipper, het overleg met de provincie en de uitvoering van mijn coördinerende taken geef ik invulling aan mijn verantwoordelijkheid voor de bescherming van de positie van het Fries.”

Lees hier de volledige brief van minister Ollongren.

Lees hier de bijlage Memo ‘Fries in rechtbank Noord-Nederland’.

 

 

" />

Minister Ollongren voelt zich verantwoordelijk voor het Fries

22/01/2018

Minister Kajsa Ollongren van Binnenlandse Zaken vindt dat DINGtiid decentrale overheden kan steunen met het opstellen van Fries taalbeleid. Dat schrijft de minister (22 januari 2018) als antwoord op onze brief (30 november 2017) betreffende ‘Beantwoording VSO Tussenevaluatie Friese taal en cultuur’. In die brief uit DINGtiid haar zorgen over het ontbreken van sturing op het dossier Fries. Minister Ollongren schrijft vervolgens ook hoe ze haar eigen verantwoordelijkheid betreffende het Fries ziet:

“Ik ga ervan uit dat de betrokken decentrale overheden onder regie van de Taalschipper volgende stappen zetten in de uitvoering van de Wet gebruik Friese taal. Ik nodig DINGtiid uit om de betrokken bestuursorganen te ondersteunen bij het opstellen van regels en beleidsplannen als bedoeld in de artikelen 5 en 6 van de Wet gebruik Friese taal. Ik denk daarbij aan praktische en gerichte adviezen aan gemeenten die soms met beperkte capaciteit hun wettelijke taak moeten uitvoeren.

De invulling van de rol van Taalschipper volg ik met belangstelling. Deze is ook onderwerp van mijn overleg met de provincie Fryslân. Ik ben voornemens om in 2019 een evaluatie te laten uitvoeren. Aan DINGtiid vraag ik om te zijner tijd mee te denken over eventuele verbeterpunten voor de Taalschipper en voor de samenwerking met en de ondersteuning van de decentrale bestuursorganen. Met de aanwijzing van Taalschipper, het overleg met de provincie en de uitvoering van mijn coördinerende taken geef ik invulling aan mijn verantwoordelijkheid voor de bescherming van de positie van het Fries.”

Lees hier de volledige brief van minister Ollongren.

Lees hier de bijlage Memo ‘Fries in rechtbank Noord-Nederland’.