DINGtiid wijst er verder op dat de BFTK nogal behoudend is wat media en cultuur betreft. Een BFTK zou een sterkere visie kunnen hebben op de wijze waarop binnen die terreinen nieuwe spelers kunnen worden gestimuleerd om zich met het Fries bezig te houden, en hoe gebieden als cultuur, wetenschap, onderwijs en media kunnen samenwerken om de Friese taal verder te brengen. Voor een deel komt de behoudende toon voort uit een Europees Handvest, die al een kwart eeuw geleden is opgesteld en waar de BFTK mede op is gebaseerd. DINGtiid raadt de BFTK-partijen dan ook aan om te bekijken of delen van dat Handvest niet aan modernisering toe zijn.
Bij de ambities voor het Fries is onderwijs een cruciale factor. Alhoewel de BFTK met het Taalplan Fries concrete stappen aankondigt om in 2030 het Friese onderwijs op peil te hebben, zijn er wel zorgen over de bredere kennisinfrastructuur rondom de Friese taal, waar goed onderwijs mee samenhangt. Die sector is kwetsbaar. Zo is een universitaire opleiding Fries voor de komende vijf jaar gelukkig wel geborgd, maar voor de langere termijn blijven daar zorgen over. Ook de situatie van de Fryske Akademy blijft zorgelijk. Bovendien is er nog te weinig samenhang in het werk van de instituten die zich op academisch niveau met het Fries en met meertalig Fryslân bezig houden. Zulke kwetsbaarheden werken op termijn door in het onderwijs zelf, en heeft ook invloed op onderwijsondersteunende partijen, zoals CEDIN en SFBO. Daarmee is het een probleem voor de toekomst van het Fries. DINGtiid zal daarom ook aanbevelingen doen aan de kennissector en aan de betrokken overheden, op basis van een analyse van het kennisveld van de Friese taal.
Er zijn nog een aantal losse eindjes in de BFTK. De bepalingen over de Fryske Akademy en de rechtspraak bevatten nog geen concrete doelen of afspraken; die zullen in de loop van 2019 volgen, is de verwachting. Daar zal DINGtiid dan apart nog over adviseren.
U kunt de brief aan minister Ollongren hier vinden.
Ook kunt u de BFTK 2019-2023 terugvinden.
" />Op 30 november 2018 hebben Rijk en provincie Fryslân in Leeuwarden de nieuwe Bestuursafspraak Friese Taal en Cultuur (BFTK) voor de periode 2019-2023 ondertekend. Volgens zijn wettelijke taak heeft DINGtiid beide overheden geadviseerd bij de totstandkoming daarvan. Nu de BFTK is ondertekend, reageert DINGtiid op het eindproduct. Het adviesorgaan voor het Fries heeft waardering voor de ambities en het feit dat er met het jaar 2030 ook een concreet koerspunt wordt gesteld. De ambities kunnen echter alleen worden gehaald als Rijk en provincie goed sturing houden op de doelen die de BFTK bevat en daarbij met elkaar en met het veld in gesprek blijven. Verder zou het goed zijn als een komende BFTK meer aandacht heeft voor cross-mediale toepassing van het Fries: wat dat betreft vindt DINGtiid deze BFTK nog wat te behoudend. Bovendien heeft het adviesorgaan zorgen over de kennissector van het Fries; daar zal DINGtiid in 2019 dan ook een advies over uitbrengen.
In de reactie op de BFTK spreekt DINGtiid zijn waardering uit voor de ambitie die Rijk en provincie met het Fries hebben. Het is goed dat daarbij een concrete termijn wordt gehanteerd: in 2030 moet het gebruik van het Fries in alle belangrijke maatschappelijke domeinen niet langer alleen een recht, maar een natuurlijke en vanzelfsprekende zaak zijn. Bovendien bevat de BFTK nog voldoende concrete afspraken om die ambities ook haalbaar te maken. Hiermee is deze BFTK een belangrijke stap vooruit met het Fries.
Wel vindt het adviesorgaan het belangrijk dat Rijk en provincie de cyclus van doelstelling, evaluatie en bijsturing goed in het oog houden. Een sturingsdocument als de BFTK bevat veel hoofdlijnen, maar het is essentieel dat er concrete doelen aan die ambities worden gekoppeld, die ook periodiek kunnen worden gemeten. Daarbij zijn de evaluatiemomenten halverwege en aan het einde van de vijfjarige BFTK-periode belangrijk. Bij die evaluaties moet goed naar het veld worden geluisterd, wat betekent dat Rijk en provincie voortdurend in contact met elkaar en met dat veld moeten blijven.
Feitelijk is de BFTK deel van een routekaart naar 2030, zo stelt DINGtiid. In de planning tot 2030 vallen drie BFTK-perioden. De komende BFTK plaatst de doelen en legt de koers voor de eerste etappe uit. In de BFTK-periode daarna (2024-2028) kan de koers worden bijgestuurd als dat voor de ambities nodig is; met die verbeterslag kan meteen in 2019 al worden begonnen. In de derde BFTK (2029_2033) moeten de doelen dan in concrete afspraken zijn vervat.
DINGtiid wijst er verder op dat de BFTK nogal behoudend is wat media en cultuur betreft. Een BFTK zou een sterkere visie kunnen hebben op de wijze waarop binnen die terreinen nieuwe spelers kunnen worden gestimuleerd om zich met het Fries bezig te houden, en hoe gebieden als cultuur, wetenschap, onderwijs en media kunnen samenwerken om de Friese taal verder te brengen. Voor een deel komt de behoudende toon voort uit een Europees Handvest, die al een kwart eeuw geleden is opgesteld en waar de BFTK mede op is gebaseerd. DINGtiid raadt de BFTK-partijen dan ook aan om te bekijken of delen van dat Handvest niet aan modernisering toe zijn.
Bij de ambities voor het Fries is onderwijs een cruciale factor. Alhoewel de BFTK met het Taalplan Fries concrete stappen aankondigt om in 2030 het Friese onderwijs op peil te hebben, zijn er wel zorgen over de bredere kennisinfrastructuur rondom de Friese taal, waar goed onderwijs mee samenhangt. Die sector is kwetsbaar. Zo is een universitaire opleiding Fries voor de komende vijf jaar gelukkig wel geborgd, maar voor de langere termijn blijven daar zorgen over. Ook de situatie van de Fryske Akademy blijft zorgelijk. Bovendien is er nog te weinig samenhang in het werk van de instituten die zich op academisch niveau met het Fries en met meertalig Fryslân bezig houden. Zulke kwetsbaarheden werken op termijn door in het onderwijs zelf, en heeft ook invloed op onderwijsondersteunende partijen, zoals CEDIN en SFBO. Daarmee is het een probleem voor de toekomst van het Fries. DINGtiid zal daarom ook aanbevelingen doen aan de kennissector en aan de betrokken overheden, op basis van een analyse van het kennisveld van de Friese taal.
Er zijn nog een aantal losse eindjes in de BFTK. De bepalingen over de Fryske Akademy en de rechtspraak bevatten nog geen concrete doelen of afspraken; die zullen in de loop van 2019 volgen, is de verwachting. Daar zal DINGtiid dan apart nog over adviseren.
U kunt de brief aan minister Ollongren hier vinden.
Ook kunt u de BFTK 2019-2023 terugvinden.